De laatste dag van het jaar in alle landen die de westerse kalender hanteren. Voor zover 1 januari als Nieuwjaar gevierd werd, ontstonden op deze datum gebruiken die vergelijkbaar zijn met die van andere dagen in de heidense midwintertijd. Het feest begon, zoals alle Germaanse en Keltische feesten, op de vooravond (die in het Engels nog steeds New Year’s Eve heet). Naar de heilige aan wie deze dag gewijd is, werd vroeger ook wel van Silvesteravond gesproken; een naam die in Duitsland nog steeds gebruikt wordt. Sylvester was een paus uit de vierde eeuw; zijn feest valt op 31 december. Toen de heiligenverering tijdens de Reformatie werd afgeschaft, ontstond de gewoonte van Oudejaarsavond te spreken. Het knallen van vuurwerk bij het begin van het nieuwe jaar en allerlei gebruiken om de gevestigde orde op haar kop te zetten, is een algemeen verschijnsel tijdens deze avond. In Nederland is het traditie om Oudejaarsavond met familie en vrienden te vieren, waarbij oliebollen en/of appelflappen worden gegeten. Er wordt vaak gekeken naar een oudejaarsconference. Om twaalf uur toost men met champagne op het nieuwe jaar en wordt er zeer veel vuurwerk afgevuurd.
Chanoeka (Inwijdingsfeest)
Vanavond eindigt Chanoeka (Inwijdingsfeest). Bij de herinwijding van de Tempel door de Makkabeeën (4e eeuw voor de gewone jaartelling) werd er volgens de traditie slechts één kruikje kosjere olie gevonden om de menora (de zevenarmige gouden Tempelkandelaar) te branden. Het kruikje raakte echter niet leeg voordat nieuwe olie was toebereid. De kandelaar bleef op het ene kruikje acht dagen branden. Daarom duurt dit feest, dat altijd in de maand december valt, acht dagen. Elke dag steekt men een kaarsje meer aan tot er 8 branden. Na het aansteken met de nodige brachot (zegenbedes) zingt men het eeuwenoude lied Maoz Tzoer. Men eet allerlei traditionele eetwaren waar olie in verwerkt is zoals de soefganiot (soort berliner bol) en latkes (aardappelkoekjes gebakken in olie).